Nieuwsbericht

24 mei 2022

‘Doordenderen’, zo verwoordde de PvdA dinsdagavond 24 mei tijdens een kort Tweede Kamerdebat het voorgenomen besluit van minister Kuipers (VWS) om integrale bekostiging in de geboortezorg per 2023 regulier te maken. Volgens de PvdA is het beter om pas op de plaats te maken, omdat het experiment met integrale bekostiging nog onvoldoende resultaten laat zien. Zo blijkt uit RIVM-onderzoek. Ook is er veel onvrede in het werkveld van de geboortezorg over deze bekostiging. 
 
De PvdA heeft samen met BBB een duidelijke voorkeur voor een eenspoorbeleid waarmee een einde wordt gemaakt aan de verdeeldheid. Zij verzoeken de minister in een motie om in gesprek te gaan met alle partijen die betrokken zijn bij de geboortezorg. Dit om tot een gezamenlijk routeplan voor toekomstige bekostiging te komen vanuit de gedeelde uitgangspunten van het Common Eye traject en daarmee NZa te laten weten integrale bekostiging per 1 januari 2023 niet op te nemen in reguliere bekostiging. De KNOV staat achter deze motie. Deze is in lijn met de brief welke wij op 17 mei aan de Tweede Kamer hebben gestuurd.  
 
Tot teleurstelling van de KNOV heeft minister Kuipers (VWS) de motie ontraden, omdat hij de organisaties die werken met integrale bekostiging niet wil stoppen. De KNOV begrijpt dat, alleen is het daarvoor niet nodig om de integrale bekostiging regulier te maken. De integrale geboortezorg organisaties (IGO’s) kunnen door onder de reguliere bekostiging. 

Integrale bekostiging niet nodig 
Er worden voorbeelden genoemd van verplaatsing van zorg door integrale bekostiging, die net zo goed en vaak al eerder in de reguliere zorg hebben plaatsgevonden. Denk daarbij aan verloskundigen die in de eerste lijn zwangeren mogen begeleiden waar bij een eerdere zwangerschap de placenta heeft losgelaten. Dit wordt gebracht als een voorbeeld dat integrale bekostiging werkt. Het heeft alleen niks met integrale bekostiging te maken. Dit is niet uniek en kan in veel regio's onder de huidige bekostiging. Hetzelfde geldt voor het voorbeeld van de Regio Rijnmond waar minister Kuipers over spreekt in het korte Tweede Kamerdebat. In deze regio wordt er goed samengewerkt, dat zijn we eens met de minister, maar dat gebeurt onder de huidige bekostiging terwijl een incorrect beeld wordt geschetst dat hier wel sprake is van integrale bekostiging.  
 
Positie eerstelijnsverloskundigen en waarborgen 
Meerdere politieke partijen hebben in het debat aandacht gevraagd voor het verbeteren van de positie van eerstelijnsverloskundigen. Onder meer door het versterken van de regionale samenwerking waarbij zij de minister vragen om de KNOV daar beter bij te betrekken. Ook wordt gevraagd naar waarborgen om het tweesporenbeleid in de praktijk niet een eenspoorbeleid te laten zijn. Zij verzoeken minister Kuipers concreter te worden in zijn toezeggingen op dit gebied. De KNOV ondersteunt het belang hiervan; zonder concrete acties is een dergelijke toezegging weinig waard. Samen met leden hebben we hard gewerkt om dit op het netvlies te krijgen.  

Komende dinsdag stemming 
We hopen dat de Tweede Kamer bij meerderheid de motie van de PvdA gaat steunen op dinsdag 31 mei als de stemming naar verwachting plaatsvindt. Echter, de reacties van in elk geval de coalitiepartijen VVD, D66, CDA en CU zijn richting het regulier maken van integrale bekostiging per 2023.   
 
Ook de motie van FvD is ontraden door de minister. Deze verzoekt de regering zorgverzekeraars te verplichten verloskundige zorg buiten een IGO, net zoals de huisartsenzorg, volledig te vergoeden en de verzekerde geen eigen bijdrage hiervoor in rekening te brengen. 
 
Voor alle andere zes moties (zie hieronder) laat de minister het oordeel aan de Kamer.  
 
Alle moties op een rij  
- PvdA en BB-motie verzoekt de regering om weer in gesprek te gaan met alle partijen die betrokken zijn bij de geboortezorg om tot een gezamenlijk routeplan voor toekomstige bekostiging te komen vanuit de gedeelde uitgangspunten van het Common Eye traject en geen aanwijzing te geven aan de NZa om integrale bekostiging per 1 januari 2023 op te nemen in reguliere bekostiging;  
- CDA en CU-motie verzoekt de regering de gevolgen van de invoering van integrale bekostiging naast de huidige bekostiging van geboortezorg goed te blijven monitoren en de Kamer hierover periodiek te informeren;  
- JA-21 motie roept het kabinet op de zorgen weg te nemen door erop toe te zien dat de toegezegde extra waarborgen rondom de bekostiging daadwerkelijk tot stand komen en de Kamer hierover voor Prinsjesdag te informeren. En verzoekt het kabinet daarbij uitvoering te geven aan het verbeteren van de positie van eerstelijnsverloskundigen door hun regionale samenwerking te versterken en daarbij de KNOV te betrekken;  
- GroenLinks, SP en D66-motie verzoekt de regering een handreiking op te stellen, die partijen gebruiken bij het vormgeven van een IGO waarin basisprincipes worden opgenomen hoe een IGO overeen te komen waarbij ook de samenwerking met en gelijkwaardigheid tussen andere geboortezorgaanbieders in de regio voor het leveren van integrale geboortezorg geborgd blijft; 
- GroenLinks-motie verzoekt de regering aanvullende afspraken te maken met de verschillende partijen in de geboortezorg met als doel de samenwerking te verbeteren, kwaliteit van zorg te verhogen, meer aandacht te besteden aan preventie, zorg op de juiste plek te organiseren en schaarse capaciteit goed te verdelen; 
- PVV-motie verzoekt de regering ervoor zorg te dragen dat het gekozen tweesporenbeleid in de geboortezorg niet leidt tot een uitsterfbeleid van zelfstandige verloskundigenpraktijken; 
- PVV-motie verzoekt de regering zorg te dragen dat het gekozen tweesporenbeleid in de geboortezorg niet leidt tot een ongelijk speelveld;  
- FvD-motie verzoekt de regering zorgverzekeraars te verplichten verloskundige zorg buiten een IGO, net zoals de huisartsenzorg, volledig te vergoeden en de verzekerde geen eigen bijdrage hiervoor in rekening te brengen.