Plaatsingsdatum: 25 juli 2016
In de Zorgstandaard staat beschreven hoe de basiszorg voor zwangeren eruit moet zien. Er is veel aandacht voor preventie, voorlichting, aanpak kwetsbare zwangeren en parallelle acties bij acute zorg. Alles om de zorg verder te optimaliseren. Voor verloskundigen is het belangrijk goed op de hoogte van de inhoud te zijn. Het Zorginstituut Nederland heeft op 28 juni 2016 de Zorgstandaard Integrale Geboortezorg vastgesteld en in het kwaliteitsregister opgenomen.
Update 2021
Momenteel wordt hard gewerkt door alle geboortezorgpartijen aan de doorontwikkeling van de Zorgstandaard Integrale Geboortezorg, het fundament onder de integrale geboortezorg. Het plan onder die doorontwikkeling bestaat uit drie delen: het uitvoeren van actualisaties, tegelijkertijd de evaluatie van de ZIG en mogelijk, daarna, een daadwerkelijke herziening van de ZIG. In 2019 is de eerste actualisatie uitgevoerd. Dit heeft geresulteerd in een addendum op ZIG waarin nieuwe regelgeving, naamgevingen, richtlijnen (o.a. de Preconceptie Indicatielijst (PIL)) en voorlichtingsmateriaal zijn verwerkt. Dit addendum is ontwikkeld in de werkgroep ZIG en aangeboden aan de partijen ter autorisatie. Het Zorginstituut Nederland zal de ZIG en dit nieuwe addendum opnemen in het openbaar register onder de naam Zorgstandaard Integrale Geboortezorg 1.2.
-
Implementatie Zorgstandaard
De Zorgstandaard Integrale geboortezorg is in het Register van het Zorginstituut opgenomen. Dit betekent dat verloskundigen en alle andere partijen in de geboortezorg een inspanningsverplichting aangaan om de standaard te implementeren. Het is aan de Verloskundig Samenwerkingsverbanden (VSV's) om met de Zorgstandaard aan de slag te gaan. De VSV's bepalen hoe zij de zorg rond de zwangere gaan organiseren. De Zorgstandaard geeft de inhoudelijke kaders aan van de basiszorg aan moeder en kind.
Het CPZ heeft in samenwerking met geboortezorgprofessionals een cliëntenversie ontwikkeld over de Zorgstandaard. In deze clientenversie wordt informatie gegeven over de organisatie van de geboortezorg in Nederland voor vrouwen die zwanger zijn of willen worden en hun partners.
-
Belangrijke uitgangspunten Zorgstandaard
Doel van de Zorgstandaard is een bijdrage te leveren aan de verbetering van de kwaliteit van zorg aan zwangeren en hun (ongeboren) kind. De volgende uitgangspunten zijn belangrijk.
- De zorgvraag van de zwangere staat centraal.
- Zorgverleners wegen in concrete situaties relevante (risico-) factoren af en geven, in samenspraak met de zwangere, het beleid vorm.
- Zwangerschap en geboorte zijn unieke gebeurtenissen in het leven van iedere vrouw. Het zijn normale, fysiologische processen die geheel en al behoren tot de eigen ervaringen van de aanstaande moeder en haar partner. Zowel onder- als overbehandeling moet daarbij voorkomen worden.
- Samenwerking vindt plaats op basis van gelijkwaardigheid. Zowel op multidisciplinair en lijnoverstijgend; met respect voor elkaar en elkaars vakspecifieke deskundigheid.
De KNOV is tevreden over het feit dat de Verloskundige Indicatielijst (VIL) een positie heeft binnen de Zorgstandaard. De Zorgstandaard Integrale Geboortezorg:
- Biedt voldoende aanknopingspunten voor de verbetering van de kwaliteit van zorg. Het is duidelijk dat de cliënt centraal staat.
- Gaat over de inhoudelijke kwaliteit van de geboortezorg. Organisatie van zorg en financiën zijn daarbij ondersteunend.
- Sluit nu goed aan op de bestaande samenwerkingsvormen zoals het Verloskundig Samenwerkingsverband (VSV).
- Geeft aan dat de regio gezamenlijk verantwoordelijk is voor het kwaliteitsbeleid en de organisatie van zorg (zie paragraaf 9.1.3).
- Legt niets op m.b.t. de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor iedere zwangere. Wat er wel staat is dat een multidisciplinaire bespreking over een individuele zwangere alleen plaatsvindt als één van de zorgverleners daar aanleiding toe ziet. En er toestemming is van de cliënt (zie paragraaf 9.1.4). Je bepaalt zelf in jouw VSV hoe je de zorg rond de zwangere gaat organiseren.