Plaatsingsdatum: 18 januari 2018
Eenduidige registratie van etniciteit is belangrijk voor wetenschappelijk onderzoek en voor maatwerk in de zorg. Daarom ontwikkelde de KNOV het classificatieprotocol 'Classificering van etniciteiten in de verloskundige zorg’. Het protocol volgt de PRN-indeling van 2015 en is afgeleid van een protocol van de VeCaS-studie (Verloskundig Casusregistratie Systeem) van de vakgroep Midwifery Science van de Academie Verloskunde Maastricht. Het protocol is gebaseerd op consensus.
Zelfrapportage van de vrouw
Het protocol gaat primair uit van zelfrapportage. De vrouw laat weten tot welke etnische groep zij behoort volgens de PRN-indeling. Pas als de zwangere vrouw zelf twijfelt over de etniciteit kijk je naar het geboorteland. Volgens protocol geldt het geboorteland van de biologische oma van de zwangere in vrouwelijke lijn (moeders moeder) als etnische afkomst.
Landenoverzicht
Het protocol bevat een uitgebreid landenoverzicht met bijbehorende etniciteiten volgens de PRN-indeling. Daarin kun je opzoeken welke etniciteit het beste bij een bepaald land past. De landen Suriname en de Nederlandse Antillen kennen een verdere verdeling van de meest voorkomende etniciteiten Hindoestaans, Afrikaans (negroïde) en Latijns-Amerikaans. Uiteraard geldt deze indeling ook voor andere (Antilliaanse) landen en gebiedsdelen. Houd bij het classificeren rekening met de mogelijkheid dat de moeder en/of de oma van de vrouw niet haar biologische moeder of oma is. Bijvoorbeeld bij vrouwen die zelf geadopteerd zijn of bij dochters van geadopteerde moeders.