Nieuwsbericht

20 maart 2023

Vorige maand informeerden we jullie over de voortgang van het project ‘Verbeteren datakwaliteit’. De werksessies waren net afgerond en het vervolgtraject stond op de planning. Het doel? In kaart brengen van de dataroute: van registratie in het dossier van de cliënt tot en met rapportage in MijnPerined. De haalbaarheidsstudie is inmiddels afgerond en de resultaten bekend. 

Opzet haalbaarbeidsonderzoek 

Het haalbaarheidsonderzoek bestond uit grofweg twee soorten analyses. Enerzijds is tijdens meerdere werksessies met verloskundigen nauwgezet gekeken naar hun feitelijke dossiervoering. Tijdens de sessies zijn zo goed als alle aspecten aan bod gekomen die de datakwaliteit kunnen verbeteren. Hierbij werd onder andere gekeken naar de plaats in het dossier, de optielijsten en de validatie in het systeem. Anderzijds is er een data-technische analyse van de dataroute uitgevoerd. Dit onderdeel heeft de werkgroep samen met Perined opgepakt, waarbij zij het grootste gedeelte van de analyses voor hun rekening hebben genomen.  

Zowel bij de werksessies als bij de data-analyse is gebruik gemaakt van 16 items die naar Perined gaan voor de landelijke geboortezorgregistratie (ongeveer 12,5% van het aantal onderwerpen in de kernset). De 16 items vormden samen een fictieve, minicasus over een vrouw die onlangs is bevallen van haar tweede kind. Deze onderwerpen zijn gekozen om iets te kunnen zeggen over de hele kernset en om alle mogelijke knelpunten aan het licht te brengen.  

Eerste resultaten  

Uit de haalbaarheidsstudie blijkt dat voor veel items vrijwel overal in de dossiervoering of dataroute verbetermogelijkheden liggen of zelfs fouten kunnen ontstaan. Daarmee is niet gezegd dat alles fout gaat of veel fout gaat, maar wel dat het een foutgevoelig proces blijkt te zijn. We zien dat de grootte van de fout-kans en het soort fout verschilt per item en tussen de Verloskundige Informatiesystemen (VIS: Onatal, Orfeus en Vrumun).  
Een voorbeeld van een fout in het begin van de route is dat er een leeg veld verstuurd wordt naar Perined, omdat de verloskundige het item op een andere plaats in de VIS noteert. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij Rookgedrag. Hierbij wordt de waarde uit de prenatale controles naar Perined gestuurd, terwijl veel verloskundigen dit niet elke controle invullen in dat veld. Daarnaast komt het voor dat keuzeopties in de VIS niet bestaan of niet meegestuurd worden. Een voorbeeld hiervan is ‘Conditie perineum postpartum’, waarbij niet in alle VIS’en onderscheid gemaakt kan worden tussen een 3a- en 3b-ruptuur.  

Ook verderop in de route kan verlies van de gegevens ontstaan bij de verwerking bij Perined. Kortom, er zijn nu al voldoende aanknopingspunten gevonden om de datakwaliteit te verbeteren. Dit geldt voor iedereen die bij het proces betrokken is, dus de verloskundige, de VIS en Perined. 

Hoe nu verder? 

De haalbaarheidsstudie was een toets om te kijken of deze werkwijze werkt voor het beoordelen van de gehele kernset. De werkwijze is voor een groot deel nuttig en goed uitvoerbaar gebleken. We hebben dan ook besloten de gehele kernset (nog efficiënter) te gaan beoordelen. Daarnaast worden de knelpunten die nu al zijn gevonden met de haalbaarheidsstudie geprioriteerd en waar mogelijk opgepakt. Bij het vervolg van het project en bij het beoordelen en oplossen van de knelpunten is het zeer wenselijk dat alle betrokken partijen (o.a. Onatal, Orfeus, Vrumun en Perined) meedenken en een steentje bijdragen. Wij gaan hen daarvoor benaderen.  

Spiegelinformatie en kwaliteitsindicatoren 

Ten opzichte van de MijnPerined-rapportages en de landelijke rapportages van de kwaliteitsindicatoren geboortezorg zijn de gevonden ‘fouten’ slechts details. De meerderheid van de data-aanleveringen wordt zo goed als foutloos opgeleverd en verwerkt. Daarom blijft het belangrijk dat we als beroepsgroep deze gegevens aanleveren en goed rapporteren. Meer over de aanlevering voor 2022 lees je in dit nieuwsbericht. 

Meer informatie

Heb je vragen over dit project? Neem dan contact op met projectmedewerker Eline Nanninga, enanninga@knov.nl.  

Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door kwaliteitsgelden vanuit ZonMw.