Nieuwsbericht

21 november 2018

De norm voor een verplichte cliëntenraad wordt verhoogd van 10 naar meer dan 25 zorgverleners. Dat is de uitkomst van een spannend debat in de Tweede Kamer (dinsdag 20 november), waardoor de eerste lijn grotendeels wordt uitgezonderd van de werking van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz). De eerstelijnsorganisaties, waaronder de KNOV, reageren opgelucht.

Met het wetsvoorstel Wmcz 2018 wil minister Bruins (Medische Zorg) de zeggenschap van patiënten formaliseren door zorgaanbieders met meer dan 10 zorgverleners te verplichten een cliëntenraad in het leven te roepen. De eerstelijnsorganisaties hebben zich stevig ingezet voor een uitzonderingspositie van kleinschalige zorgaanbieders vanwege de ongewenste lastenverzwaring en het feit dat medezeggenschap op vele manieren al is geborgd. Denk bijvoorbeeld aan de dagelijkse feedback die verloskundigen van hun patiënten krijgen.

‘Best werkbare voorstel’

In de eerdere debatten over het wetsvoorstel werd duidelijk dat de Tweede Kamer de eerste lijn niet met een grote lastenverzwaring wilde opzadelen. Deze week stemde de Tweede Kamer voor het amendement van SGP/VVD: bij meer dan 25 zorgverleners wordt het verplicht een cliëntenraad in te stellen. Voor kleinschalige zorgaanbieders is dit volgens de eerstelijnsorganisaties het 'best werkbare voorstel', omdat het grootste deel van de verloskundigenpraktijken hierdoor wordt uitgezonderd.

Wat betekent de Wmcz?

Het wetsvoorstel treedt op zijn vroegst in werking per 1 juni 2019, afhankelijk van de behandeling in de Eerste Kamer. Alleen verloskundigenpraktijken waar meer dan 25 zorgverleners werkzaam zijn moeten vanaf dat moment een cliëntenraad in het leven roepen. Onder 'zorgverleners' wordt verstaan: alle verloskundigen én het ondersteunend personeel dat betrokken is bij het bieden van zorg.