Nieuwsbericht

21 maart 2022

In april 2021 heeft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: IGJ, de inspectie) een melding gekregen van het RIVM Afdeling Bevolkingsonderzoeken over het aanbieden van prenatale screening door zorgaanbieders zonder vergunning bij een verloskundigenpraktijk.

Het advies van de inspectie en van de KNOV is om geen gebruik te maken van alternatieve prenatale screening. De inspectie vraagt dan ook te stoppen met het aanbieden van alternatieve prenatale screening.

De NIPT mag alleen worden uitgevoerd door zorgaanbieders die daar een vergunning voor hebben

Ook mag er alleen worden gescreend op afwijkingen waarvoor de vergunning is verleend. In Nederland is in deze vergunning bijvoorbeeld niet opgenomen dat het geslacht mag worden bepaald met de NIPT. Dit betekent dat het in Nederland niet is toegestaan om met een NIPT het geslacht vast te stellen van de foetus.

De KNOV deelt het standpunt van de inspectie

Wanneer aanbieders van prenatale screening een vergunning hebben, is gecontroleerd dat zij voldoen aan de gestelde eisen om deze screening uit te voeren. Ook heeft de inspectie zicht op de validiteit en de betrouwbaarheid van de test. De inspectie heeft geen zicht op de kwaliteit van de prenatale screening door alternatieve aanbieders en kan de validiteit en betrouwbaarheid van de test niet controleren. De test bepaalt bovendien een breed spectrum aan genetische afwijkingen, veel breder dan de afwijkingen waarop de NIPT TRIDENT-2 studie volgens de door de minister afgegeven vergunning mag screenen.

Wbo en Wbmv

Omdat prenatale screening een bevolkingsonderzoek is, valt dit onder de Wet op het bevolkingsonderzoek (Wbo). Gelet op de maatschappelijke en/of ethische aspecten valt het ook onder de Wet Bijzondere Medische verrichtingen (Wbmv). De inspectie houdt toezicht op de naleving van verschillende wetten op het gebied van de gezondheidszorg, waaronder de Wbo en de Wbmv, en onderzoekt meldingen die (kunnen) wijzen op een situatie die een ernstige bedreiging betekent of kan betekenen voor de veiligheid van cliënten of de goede zorg in het algemeen.