Nieuwsbericht

18 januari 2019

Sinds augustus 2018 is het KNOV-addendum 'Ondersteuning bij de transitie en reanimatie van de pasgeborene' beschikbaar op de KNOV-website. Het addendum vult de NRR-richtlijn 'Reanimatie en ondersteuning van de transitie van het kind bij de geboorte' aan.

De inhoudelijke aanbevelingen over reanimatie in dit addendum, verschillen nauwelijks van de eerdere richtlijn voor verloskundigen over dit onderwerp. De aanbevelingen over samenwerken (hoofdstuk 2) en over zorg voor de ouders en de zorgverlener (hoofdstuk 7) zijn daarentegen wel meer uitgediept en verbreed.

De MIO-opzet voor intervisie Zorg voor de zorgverlener ondersteunt verloskundigen om binnen een intervisiesetting aandacht te geven aan zorg voor de zorgverlener, passend bij hoofdstuk 7 van het addendum. Hierin staat de reflectie op een ingrijpende gebeurtenis waarbij de zorgverlener betrokken was, centraal. Dit kan een reanimatie zijn, maar ook een andere gebeurtenis.

Doel

Het doel van de MIO-opzet is aan de hand van (eigen) casuïstiek te leren hoe een verloskundige beter voor zichzelf en haar collega's kan zorgen na een ingrijpende gebeurtenis. De MIO-opzet bevat een inhoudelijk programma voor een intervisiebijeenkomst van ongeveer 2 uur.

Positief en ondersteunend

In november 2018 is deze MIO-opzet geëvalueerd door twee intervisiegroepen van verloskundigen. Zij hebben de methode als positief en ondersteunend ervaren: de moeilijke kanten van het verloskundige vak worden door deze methode bespreekbaar gemaakt. De KNOV stelt de methode daarom graag beschikbaar voor alle verloskundigen.

Meer informatie

Meer informatie over het addendum en over de MIO-opzet leest u op de KNOV-pagina over reanimatie van de pasgeborene.