Tijdens de Algemene Vergadering van de European Midwives Association (EMA) die afgelopen maand plaatsvond in Reykjavik hebben wij, de KNOV, ons uitgesproken tegen het recent gepubliceerde gezamenlijke standpunt van de EMA, European Association of Perinatal Medicine (EAPM) en de European Board and College of Obstetricians and Gynaecologists (EBCOG).
In het in 2024 gepubliceerde standpunt Substandard and disrespectful care in labour – because words matter wordt de term ‘obstetrisch geweld’ vervangen door ‘ondermaatse zorg’. Dit staat haaks op de erkenning van obstetrisch geweld als een wereldwijd erkende vorm van gendergerelateerd geweld. Samen met zes andere lidorganisaties pleitten we eerder dit jaar al voor terugtrekking of aanpassing van het EMA-standpunt, maar het EMA-bestuur gaf hier geen gehoor aan. Daarom voelen we ons nu gedwongen in een verklaring publiekelijk afstand te nemen van het standpunt.
Lees hier onze reactie op het standpunt. Deze verklaring is opgesteld in samenwerking met Rodante van der Waal, onderzoeker naar obstetrisch geweld. |
Belangrijkste overwegingen
Obstetrisch Geweld: Erkenning als Gendergerelateerd Geweld
Obstetrisch geweld wordt al ruim twintig jaar wereldwijd erkend als gendergerelateerd geweld. Verschillende internationale organisaties, waaronder de Europese Commissie en de Verenigde Naties, bevestigen deze erkenning in uitgebreide rapporten. Het vervangen van ‘obstetrisch geweld’ door termen als ‘ondermaatse zorg’ negeert de ervaringen van moeders en ontkent de bredere genderproblematiek rondom geboortezorg. Dit standpunt van EMA komt niet overeen met de kernwaarden van de KNOV waarin de rechten en ervaringen van vrouwen centraal staan.
Ethische en Praktische Bezwaren
Het gebruik van ‘ondermaatse zorg’ als vervanging van ‘obstetrisch geweld' is schadelijk voor de geboortezorg en de relatie tussen zorgverleners en cliënten omdat:
-
het obstetrisch geweld ontkent als een vorm van geweld tegen vrouwen;
-
het de opgebouwde kennis en wetenschappelijke basis negeert die onder obstetrisch geweld ligt;
-
het ingaat tegen het principe van ‘bij de vrouw zijn’ en vrouwgerichte zorg, de kernwaarden van de verloskunde;
-
het vertrouwen van cliënten in verloskundigen ondermijnt door hun ervaringen niet serieus te nemen.
Onvoldoende transparantie binnen de EMA
Tijdens de vergadering in Reykjavik uitten we ook zorgen over transparantie en belangenverstrengeling. Een van de co-auteurs van het omstreden standpunt, tevens EMA-bestuurslid, stemde namens haar organisatie over de kwestie. Als KNOV willen we benadrukken dat, om het vertrouwen van de aangesloten ledenorganisaties te behouden, het EMA-bestuur moet streven naar een transparanter proces en belangenconflicten moet vermijden.
Hoe verder
Als KNOV blijven we de term ‘obstetrisch geweld’ gebruiken. We vragen internationaal aandacht voor ons statement, onder andere via een aanvraag voor publicatie in het European Journal of Midwifery. Ook de International Confederation of Midwives (ICM) heeft al haar steun uitgesproken voor de verklaring. Als KNOV blijven we ons inzetten voor een geboortezorg waarin de ervaringen en behoeften van vrouwen centraal staan, en waarin de verloskundige bondgenoot van vrouwen is in de strijd voor respect en waardigheid tijdens de bevalling.
Vragen?
Heb je vragen over dit onderwerp of wil je hierover meedenken in de toekomst? Neem dan contact op met de Helpdesk via mijnKNOV (voor leden) of via info@knov.nl (niet-leden).